ZWARTGALLIG

Godverdomse dagen wordt voortdurend omschreven als pessimistisch of zwartgallig. Maar waar komt het woord zwartgallig eigenlijk vandaan? Wij willen alles weten over de middeleeuwse theorie van de vier 'humeuren'. Wie, wat, waarom, gevolgen... Spuw je gal maar!

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Volgens Hippokrates ( een Griekse arts, ‘vader van de geneeskunde’) was ziekte een periode dat diverse sappen van het lichaam niet in balans waren. Er waren vier sappen: bloed, slijm, gele gal en zwarte gal. De sappen corresponderen met de vier elementen van waaruit (volgens de Griekse filosofen) de wereld was opgebouwd: lucht, water, vuur en aarde. De elementen( dus alle stoffen in de wereld en dus ook de lichaamssappen) waren bepaald door vier eigenschappen: droog, nat, koud en warm.
Wanneer het evenwicht tussen de verschillende sappen verstoord raakte, kon men proberen dit te herstellen door het toedienen van het juiste medicijn. Gal is droog en warm, dus wanneer de patiënt een teveel aan gal had, moest men hem iets geven waar de kwaliteiten van koud en vochtig in overheersten en dat de werking van het slijm versterkte.
De sappen beïnvloeden ook de menselijke geest. We vinden dat nog altijd in ons taalgebruik terug. Iemand met een kalm, onverstoorbaar karakter noemen wij flegmatisch. Dat komt van het Griekse woord flegma, dat slijm betekent. Mensen bij wie het slijm domineerde zouden een rustige natuur hebben. Vurige, warmbloedige mensen noemen wij sanguinisch en norse, opvliegende karakters cholerisch. Die termen komen van het Latijnse sanguis (bloed) en het Griekse cholè (gal). Eenzelvige en tot somberheid neigende types tenslotte noemen wij melancholisch oftewel zwartgallig. De lichaamssappen zelf noemde men vroeger trouwens ook wel "humeuren".

Karen Sente (6 LoSp C)

Anoniem zei

In de middeleeuwen waren er 4 humoren die ze handteerden waarvan zwartgallig er een was. zwartgallig zou somber betekenen en zou dus wel een verband kunnen hebben met de zwarte humor die we nu reeds kennen.
Diede Peeters 6LOSPb